‘Schat, je bijen gaan zwermen!’ roept Bert, mijn man, naar boven.
‘Meen je dat nou?’ roep ik nog. Maar het is echt zo. Daar gaat mijn middagdutje.
Snel in de kleren en op de fiets. De bijen zijn verdwenen, de zwerm is nergens meer te bekennen.
Bij de volkstuin verderop zijn de bijen overgevlogen, maar de vrouw in de tuin is ze ook weer uit het oog verloren. We fietsen nog wat rond, maar zien niets hangen of vliegen. Ik hoop dat ze ergens een goed plekje vinden. Liefst waar iemand ze ziet die dan de zwermcoördinator belt.
Weer thuis bel ik zelf de zwermcoördinator. Zij heeft mij een week eerder gebeld met een zwermmelding elders in Culemborg. Díe zwerm heb ik toen geschept; die staat nu op mijn landje in een mooie kast. Het blijkt later een volk met een raszuivere koningin te zijn, afkomstig van een zeer ervaren imker die nét op vakantie was.
De volgende ochtend weet de buurvrouw, via Facebook, waar de bijen waarschijnlijk zijn. We gaan kijken. In een boom op een hoek een stukje voorbij de volkstuin hangt een grote klont bijen. De zwerm is terecht. Op dezelfde hoek stonden we gisteren naar de spoordijk te turen omdat daar iets leek te zitten. Met de zwerm bijna boven ons hoofd. Niets van gemerkt.
Ik bel weer met de zwermcoördinator. “Zelf doen”, zegt ze; “Kun je best.” Ik rij drie keer heen en weer tot ik alles heb. Een jongen uit de straat wil wel foto’s maken.
In imkerpak en handschoenen klimt Bert de ladder op. Ik geef hem de kieps (een vangmand voor bijen) en hij houdt hem onder de tros. Met een stok ruk ik aan de tak waaraan de zwerm hangt. Een deel van de bijen laat los en komt in de kieps terecht. Bert wordt gestoken, want zijn pak zit niet goed dicht. Ik geef nog een ruk aan de tak.
De meeste bijen zijn nu van de tak af en we zetten de kieps omgekeerd op een wit laken onder de boom. Een steen onder de rand zorgt voor een opening voor de bijen. Als de koningin erin zit, komt de rest vanzelf. Waar zij gaat, volgt het volk. Dat kan wel even duren, dus we gaan naar huis.
![]() |
![]() |
Na een uurtje komen we terug. De meeste bijen zitten in of rond de kieps maar er hangt nog een trosje aan de boom. Een toeschouwer brengt een klein mandje. Bert trekt nu zelf aan de tak en vangt met het mandje in zijn andere hand het grootste deel op.
Weer een uurtje later laten de laatste bijen de tak los. In een wirwar van bijen slaat een passerende vrouw haar bril van haar hoofd. Langzaam maar zeker trekken alle bijen de kieps in. Het is warm in de zon. We maken een constructie van ladder en laken om de bijen wat schaduw te geven. Bijen zijn eigenwijs; als het ze niet bevalt trekken ze weer verder en dan ben je ze kwijt.
’s Avonds om acht uur slaan we het onderlaken om de kieps en zetten hem in de auto. Tijd om de bijen naar huis te brengen.
xx Caroline
Zo eenvoudig is dat bijen houden dus niet! Veel succes verder en ik hoop dat je straks lekker veel honing hebt.
Wow , wat een avontuur. Ik wist niet dat dit er ook allemaal aan vast zat. Succes verder. (of gaan ze nu niet meer weg//)
De bijen die gezwermd hebben blijven nu wel thuis, maar volgend jaar begint het gewoon weer opnieuw
Dus eigenlijk net een katje zo’n zwerm. Kan weglopen en dan ben je ongerust. Ooit hing er een zwerm in de boom van onze buurvrouw, ik was 6 of 7. Die buurvrouw belde de politie die er een imker op af stuurde. Na die kennismaking met de imker veranderde ons leven. Alle glazen potjes van jam, appelmoes, bonen etc. bewaarden wij om aan de imker te geven en wij haalden eens per jaar voor een jaar lang honing. Die zat in hergebruikte potjes. Honing halen werd een traditie. Het leukste vond ik dat wij dan van de vrouw van de imker hele eetlepels honing te eten kregen. Zij zei dan altijd: “Zo, nu wordt je het hele jaar niet meer ziek.”
Mooie traditie. Honing is heel gezond. Ik heb al wel wat honing die ik kan slingeren, maar ik heb nog geen potjes om het in te doen.
Wat een herkenbaar verhaal. In de jaren 70 en 80 was mijn vader imker. Wat zijn we vaak met het hele gezin achter een zwerm aangefietst! Het was altijd een heel spannende tijd.
Leuk! Ik probeer zelf te voorkomen dat de bijen gaan zwermen, maar dat is dus niet gelukt. Ik geloof dat ze vroeger de bijen gewoon lieten zwermen, maar in de stad kan dat tegenwoordig niet meer. Veel te veel overlast.
Ik heb altijd geleerd dat op deze manier jonge koninginnen zich afscheiden van het volk, zich laten bevruchten door darren en zich dan ergens anders vestigen. Dat betekent dat je 2 volken overhoudt. Die overleven dan alleen als het initiële volk sterk genoeg was natuurlijk.
Nee, het is de oude koningin die weggaat met een deel van het volk. Het achterblijvende deel zorgt voor een nieuwe koningin (zie Wat een bijenvolk je kan leren over verandermanagement hoe dat gaat). De nieuwe koningin gaat een paar keer op bruidsvlucht om zich te laten bevruchten door darren, maar blijft verder in de kast. Je houdt dan inderdaad twee volken over.
Hallo,
Ik ben vier jaar geleden begonnen met imkeren op een dierenparkje met een klein volkje.
Inderdaad verdubbelt het aantal volken mits alles goed gaat. Maar helaas kom je op den duur plaats tekort en ben je genoodzaakt om in te krimpen. Als het niet lukt om volken te verkopen of weg te geven zit er niets anders op als de oude koninginnen om zeep te helpen.
Dit is echter tegen mijn geweten in en de natuur op zijn beloop laten geeft weer overlast. Weet jij een alternatief? Want van bijensterfte heb ik nog niets gemerkt in mijn omgeving. Maar ik heb nog niet zo veel ervaring met bijen.
Groetjes,
Dhr. Anjo Ketelaars
Beste Anjo,
het alternatief is volken verenigen. Dat kan in het najaar om met sterke volken de winter in te gaan, of in het voorjaar na het uitwinteren. Je zet dan twee volken op elkaar met een krant ertussen. Eventueel een paar gaten prikken in de krant. De bijen knagen de krant weg en ondertussen wennen ze aan elkaar. Ze zoeken zelf uit welke moer het overleeft en koningin wordt van het nieuwe, verenigde volk.
Zie ook Imkerpedia
Hartelijke groet,
Caroline